Het tekenen van een grafiek van een verband kan via de Grafiek-pagina's en in het Analysevenster van de Meetkunde-pagina's.
U kunt relaties definiëren met ≤, <, =, > of ≥. Het 'is-niet-gelijk'-teken (≠) wordt niet ondersteund bij het grafisch weergeven van verbanden.
|
Type verband |
Voorbeelden |
|---|---|
|
Vergelijkingen en ongelijkheden die equivalent zijn aan |
y = sqrt(x) y-sqrt(x) = 1/2 -2*y-sqrt(x) = 1/2 y-sqrt(x) ≥ 1/2 -2*y-sqrt(x) ≥ 1/2 |
|
Vergelijkingen en ongelijkheden die equivalent zijn aan |
x = sin(y) x-sin(y) = 1/2 x-sin(y) ≥ 1/2 |
|
Vergelijkingen en ongelijkheden bij kegelsneden |
x^2+y^2 = 5 x^2-y^2 ≥ 1/2+y |
Opmerking: Beperkingen die zijn opgelegd door een actieve sessie in de examenstand kunnen de soorten verbanden waar u een grafiek van kunt tekenen beperken.
| 1. | In het menu Grafiek invoeren/bewerken selecteert u Relatie. |
| 2. | Typ een uitdrukking voor de relatie |
| 3. | Druk op Enter om de relatie in een grafiek weer te geven. |
| ▶ | U kunt snel een relatie definiëren op de Functie-invoerregel. Plaats de cursor onmiddellijk rechts van het is-gelijk-teken en druk op de Backspace-toets. Er verschijnt een klein menuutje met de operatoren voor relaties en een optie Relatie. Bij een keuze uit het menu wordt de cursor op de Relatie-invoerregel geplaatst. |
| ▶ | U kunt een relatie invoeren als tekst op een Grafiek-pagina en dan het tekstobject naar een van de assen slepen. De relatie wordt in de grafiek weergegeven en toegevoegd aan de geschiedenis (history) van relaties. |