Rekenen met het rekenkladblok
Vanuit de rekenpagina van het rekenkladblok voert u een wiskundige uitdrukking in op de invoerregel en drukt u vervolgens op · om de uitdrukking uit te werken. Uitdrukkingen worden weergegeven in de standaard wiskundige notatie terwijl u ze invoert.
Elke uitgewerkte uitdrukking en elk resultaat wordt opgenomen in de geschiedenis van het rekenkladblok, die wordt weergegeven boven de invoerregel.
Eenvoudige wiskundige uitdrukkingen invoeren
Opmerking: Om een negatief getal in te voeren drukt u op v en voert u daarna het getal in.
Stel dat u het volgende wilt uitwerken
1. | Selecteer de invoerregel in het werkgebied. |
2. | Typ 2 l 8 om de uitdrukking te beginnen. |
3. | Druk op ¢ om de cursor terug te brengen naar de basisregel en voltooi de uitdrukking door het volgende te typen: r 43 p 12 |
4. | Druk op · om de uitdrukking uit te werken. |
De uitdrukking wordt weergegeven in de standaard wiskundige notatie en de uitkomst wordt weergegeven aan de rechterkant van de pagina.
Opmerking: U kunt een decimale benadering forceren in een uitkomst door op / · in plaats van op ·te drukken.
|
Door op / · te drukken wordt een benadering van een uitkomst geforceerd |
Opmerking: De opmaak van resultaten kan ook worden aangepast in Instellingen. Raadpleeg voor meer informatie over het aanpassen van instellingen De TI-Nspire™ CX Rekenmachine configureren.