Beperkingen Druk-om-te-toetsen overzenden
Gebruik de functie Druk-om-te-toetsen overzenden, om snel een specifieke set beperkingen voor Druk-om-te-toetsen te verspreiden op meerder rekenmachines van leerlingen zonder dat u een computer nodig heeft.
Vereisten
|
•
|
Als u Druk-om-te-toetsen-instellingen naar een rekenmachine verzendt die al in de Druk-om-te-toetsen-modus staat, worden de beperkingsinstellingen op de ontvangende rekenmachine overschreven en gaan alle gegevens die tijdens die Druk-om-te-toetsen-sessie zijn gecreëerd, verloren. |
|
•
|
De versie van het besturingssysteem op de verzendende rekenmachine moet gelijk aan of nieuwer zijn dan het besturingssysteem op de ontvangende TI-Nspire™-rekenmachine. |
|
•
|
Het overzenden zal mislukken als de ontvangende rekenmachine niet voldoende geheugen heeft. |
De instellingen overzenden
|
1.
|
Schakel de Druk-om-te-toetsen-modus in op de 'verzendende' rekenmachine. Zorg dat u de specifieke set beperkingen selecteert die vereist is voor de toets/het examen. |
|
2.
|
Sluit de verzendende rekenmachine aan op een 'ontvangende' rekenmachine met een mini-naar-mini USB-kabel. |
|
3.
|
Zorg dat beide rekenmachines zijn ingeschakeld en dat het venster Druk-om-te-toetsen zichtbaar is op de verzendende rekenmachine. Schakel indien nodig de rekenmachine uit en schakel hem vervolgens weer in. |
De Hoekinstelling en beperkingen van Druk-om-te-toetsen worden gekopieerd naar de ontvangende rekenmachine.
Wanneer het overzenden is voltooid, start de ontvangende rekenmachine opnieuw op in de Druk-om-te-toetsen-modus en verschijnt er op de ontvangende rekenmachine een bevestigingsbericht.
Opmerking: beide rekenmachines kunnen nu worden gebruikt als verzendende rekenmachines.
|
5.
|
Sluit de volgende ontvangende rekenmachine aan en herhaal stap 3 tot alle rekenmachines zijn geconfigureerd. |