De 3D-weergave-omgeving aanpassen
▶ | Geef het contextmenu voor het werkgebied weer en klik op Achtergrondkleur. |
▶ | Klik in het menu Beeld op het item dat u wilt weergeven of verbergen. U kunt items kiezen als het 3D-blok, de assen, het vak voor de eindwaarden en de legenda. |
▶ | Klik in het menu Weergave op Orthografische projectie of Perspectiefweergave. |
|
|
1. | Geef het contextmenu voor het blok weer en klik op Eigenschappen. U kunt de volgende kenmerken instellen. |
- | Schaalstreepjes weergeven of verbergen |
- | Eindwaarden weergeven of verbergen |
- | Pijltjes op assen weergeven of verbergen |
- | 3D- of 2D-pijlkoppen weergeven |
2. | Stel de eigenschappen naar wens in en druk op Enter om de wijzigingen te accepteren. |
▶ | Klik in het menu Bereik/Zoom op Vak verkleinen of Vak vergroten. |
1. | Klik in het menu Bereik/Zoom op lengte/breedte/hoogte-verhouding . |
2. | Voer de waarden voor de x-, y- en z-assen in. De standaardwaarde voor iedere as is 1. |
▶ | Klik in het menu Bereik/Zoom op Bereikinstellingen. U kunt de volgende parameters instellen. |
- | XMin (standaardwaarde=-5) XMax (standaardwaarde=5) XSchaal (standaardwaarde=Auto) U kunt een numerieke waarde invoeren. |
- | YMin (standaardwaarde=-5) YMax (standaardwaarde=5) YSchaal (standaardwaarde=Auto) U kunt een numerieke waarde invoeren. |
- | ZMin (standaardwaarde=-5) ZMax (standaardwaarde=5) ZSchaal (standaardwaarde=Auto) U kunt een numerieke waarde invoeren. |
- | oog q¡ (standaardwaarde=35) oog f¡ (standaardwaarde=160) oogafstand (standaardwaarde=11) |