Voorwaardelijke eigenschappen

U kunt objecten dynamisch verbergen, weergeven en van kleur veranderen op basis van gespecificeerde voorwaarden zoals "r1<r2" of "sin(a1)>=cos(a2)."

U wilt bijvoorbeeld een object verbergen op basis van een veranderende maat die u hebt toegewezen aan een variabele, of u wilt de kleur van een object wijzigen op basis van een "Reken"-resultaat dat aan een variabele is toegewezen.

Voorwaardelijk gedrag kan aan objecten of groepen worden toegewezen in de Grafiekweergave, de weergave Vlakke meetkunde en de 3D-grafiekweergave.

Voorwaardelijke eigenschappen van een object instellen

U kunt voorwaarden van een geselecteerd object instellen via het contextmenu of door de tool Voorwaarden instellen te activeren in het menu Acties en daarna het object te selecteren. Deze instructies beschrijven het gebruik van het contextmenu.

1. Selecteer het object of de groep.
2. Geef het contextmenu van het object weer en klik op Voorwaarden.

De voorwaardelijke eigenschappen worden weergegeven.




Voor 2D-objecten

 



Voor 3D-objecten

3. (Optioneel) Voer in het veld Weergeven wanneer een uitdrukking in waarin de voorwaarden worden gespecificeerd waaronder het object wordt weergegeven. Wanneer niet aan de voorwaarde wordt voldaan, wordt het object verborgen.

U kunt een tolerantie opgeven door samengestelde voorwaarden te gebruiken in het invoerveld Weergeven wanneer. Bijvoorbeeld: oppervlakte>=4 en oppervlakte<=6.

Opmerking: als u voorwaardelijk verborgen objecten tijdelijk wilt zien, klikt u op Acties > Weergeven/verbergen. Om terug te keren naar de normale weergave drukt u op ESC.

4. (Optioneel) Voer getallen of uitdrukkingen die worden uitgewerkt tot getallen in de van toepassing zijnde kleurvelden in, zoals Lijnkleur of Netkleur. Om een kaart te zien van de kleurwaarden klikt u op de knop Kleuren.



Kaart van voorwaardelijke kleurwaarden

5. Klik op OK in het dialoogvenster Voorwaardelijke eigenschappen om de voorwaarden toe te passen.