Bezig met berekenen van een begrensd oppervlak

Opmerking: om onverwachte resultaten te voorkomen bij gebruik van deze functie, zorgt u dat de documentinstelling voor 'Reële of Complexe opmaak' is ingesteld op Reële.

Wanneer u de oppervlakte tussen krommen berekent, moet elke kromme:

Een functie in x zijn.

- of -

Een vergelijking zijn in de vorm y=. waaronder y= vergelijkingen die gedefinieerd zijn via een tekstvak of een vergelijkingssjabloon van kegelsneden.

Definiëren en arceren van het oppervlak

1. Selecteer in het menu Grafiek analyseren de optie Begrensd oppervlak.

Als precies twee geschikte krommen beschikbaar zijn, dan worden deze automatisch geselecteerd en kunt u doorgaan naar stap 3. Anders wordt u gevraagd twee krommen te selecteren.

2. Klik op twee krommen om ze te selecteren.
– of –
Klik op een kromme en de X-as.

U wordt gevraagd de onder- en bovengrenzen in te stellen.

3. Klik op twee punten om de grenzen te definiëren. U kunt ook numerieke waarden typen.

Het oppervlak wordt gearceerd en de oppervlakte ervan wordt weergegeven. De waarde is nooit negatief, ongeacht de intervalrichting.

Werken met gearceerde oppervlakken

Terwijl u de grenzen wijzigt of de krommen opnieuw definieert, worden de arcering en de oppervlakte (waarde) bijgewerkt.

U kunt de onder- en bovengrens wijzigen door ze te verslepen of er nieuwe coördinaten voor te typen. U kunt een grens niet verplaatsen als deze zich op een snijpunt bevindt. Het punt verplaatst zich echter automatisch wanneer u de krommen bewerkt of manipuleert.
U kunt een kromme opnieuw definiëren door deze te verslepen of door de uitdrukking in de invoerregel te bewerken.

Als een eindpunt zich oorspronkelijk op een snijpunt bevond en de opnieuw gedefinieerde functies elkaar niet meer snijden, verdwijnen de arcering en de oppervlaktewaarde. Als u de functie(s) opnieuw definieert zodat er een snijpunt is, verschijnen de arcering en oppervlaktewaarde opnieuw.

Geef het contextmenu weer om het gearceerd oppervlak te verwijderen of te verbergen, of om de kleur en andere eigenschappen te wijzigen.
- Windows®: klik met de rechtermuisknop op het gearceerde gebied.
- Mac®: houd vast en klik op het gearceerde gebied.
- Rekenmachine: beweeg de aanwijzer naar het gearceerde gebied en druk op / x.