U kunt slechts één gegevensset per keer opnieuw weergeven. Standaard wordt de laatste gegevensset weergegeven waarbij gebruik wordt gemaakt van de eerste kolom als basiskolom (voorbeeld: tijdreferentie).
Als u meerdere gegevenssets hebt en een andere gegevensset of basiskolom wilt dan de standaard ingestelde, dan kunt u de opnieuw weer te geven gegevensset en basiskolom selecteren.
Om de gegevensset die u opnieuw wilt weergeven, te selecteren:
Het dialoogvenster "Geavanceerde instellingen voor opnieuw weergeven" wordt geopend.
|
2.
|
Selecteer de gegevensset, die u opnieuw wilt weergeven, van de vervolgkeuzelijst Gegevensset. |
Opmerking: Het wijzigen van de run in het selectiehulpmiddel van de Gegevensset heeft geen invloed op de weergavekeuze. U moet de desbetreffende gegevensset specificeren in .
|
3.
|
(Optioneel) Selecteer een nieuwe waarde van de vervolgkeuzelijst Basiskolom. |
De geselecteerde kolom heeft de functie van "Tijd"-kolom bij opnieuw weergeven.
Opmerking: De basiskolom moet een strikt oplopende lijst met nummers zijn.
|
4.
|
Klik op om de weergave te beginnen en de instellingen op te slaan. |
Opmerking: De opties Gegevensset en Basiskolom zijn gebaseerd op het aantal opgeslagen runs en het gebruikte sensortype.