Werken met variabelen

Wanneer u voor het eerst een waarde opslaat in een variabele, geeft u de variabele een naam.

Als de variabele nog niet bestaat, creëert Rekenmachine hem.
Als de variabele al bestaat, werkt Rekenmachine hem bij.

Variabelen binnen een opgave worden gedeeld door TI-Nspire™ voor wiskunde en exacte vakken-toepassingen. U kunt bijvoorbeeld een variabele creëren in Rekenmachine en deze vervolgens gebruiken en wijzigen in Grafieken & Meetkunde of Lijsten & Spreadsheet binnen dezelfde opgave.

Zie voor uitgebreide informatie over variabelen het hoofdstuk “Variabelen gebruiken” in de handleiding.