% i
De laatste invoer die op het hoofdscherm is uitgevoerd wordt opgeslagen in de variabele ans. Deze variabele wordt in het geheugen bewaard, zelfs nadat de rekenmachine is uitgezet. Om de waarde van ans op te roepen:
| • | Druk op % i (ans wordt weergegeven op het scherm), of |
| • | Druk op een willekeurige bewerkingstoets (T, U enz.) in de meeste bewerkingsregels als het eerste deel van een invoer. ans en de operator worden beide weergegeven. |
|
ans |
3 V 3 < |
|
|
|
V 3 < |
|
|
|
3 % c % i < |
|
Opmerking: De variabele ans wordt opgeslagen en geplakt met de volledige nauwkeurigheid van 13 cijfers.