Op het hoofdscherm kunt u wiskundige uitdrukkingen en functies invoeren, samen met andere instructies. De antwoorden worden weergegeven op het hoofdscherm.
Op het
In de MathPrint™-modus kunt u maximaal vier niveaus van opeenvolgende geneste functies en uitdrukkingen invoeren, waaronder breuken, wortels, exponenten met ^, Ü, ex, en 10x.
Wanneer u een invoer op het hoofdscherm berekent, wordt het antwoord afhankelijk van de ruimte, ofwel direct rechts van de invoer ofwel aan de rechterkant van de volgende regel weergegeven.
Er kunnen speciale aanduidingen en cursors op het scherm getoond worden om extra informatie over functies of resultaten te geven.
|
Aanduiding |
Definitie |
|
2ND |
2de functie. |
|
FIX |
Instelling voor vast aantal decimalen. (Zie de paragraaf over Modi.) |
|
SCI, ENG |
Wetenschappelijke of technische notatie. (Zie de paragraaf over Modi.) |
|
DEG, RAD, GRAD |
Hoekmodus (graden, radialen of decimale graden). (Zie de paragraaf over Modi.) |
|
L1, L2, L3 |
Wordt weergegeven boven de lijsten in de gegevenseditor. |
|
H, B, O |
Geeft de modus van het talstelsel weer: HEX, BIN of OCT. Er wordt geen aanduiding getoond voor de standaard DEC modus. |
|
|
De rekenmachine voert een bewerking uit. Gebruik & om de berekening af te breken. |
|
5 6 |
Een invoer wordt opgeslagen in het geheugen voor en/of na het zichtbare gebied van het scherm Druk op # en $ om te scrollen. |
|
´ |
Geeft aan dat de multi-taptoets actief is. |
|
|
Normale cursor. Laat zien waar het volgende element dat u intypt zal verschijnen. Vervangt het huidige teken. |
|
|
Invoerlimiet-cursor. Er kunnen geen verdere tekens worden ingevoerd. |
|
|
Invoegcursor. Er wordt een teken ingevoegd vóór de cursorlocatie. |
|
|
Tijdelijke plaatsaanduiding voor leeg MathPrint™-sjabloon. Gebruik de pijltjestoetsen om het invoervak in te gaan. |
|
|
MathPrint™-cursor. Ga door met het invoeren in het huidige MathPrint™ template, of druk op " om het template te verlaten. |